Alles wat een klant beweegt wordt opgeslagen. Door deze data op de juiste manier in te zetten en te automatiseren kunnen bedrijven hun communicatie met klanten verbeteren.
Interview Het Financieele Dagblad
Bij marketing automation komen marketing en IT samen, vertelt Erik van Stiphout, medeoprichter en mede-eigenaar van Ternair. “Van oudsher staan die werelden vrij ver van elkaar af, maar als je aan marketing doet kan je eigenlijk niet meer om data heen. Als je klant iets koopt, zich oriënteert op je website of zich aanmeldt voor je nieuwsbrief dan worden al die gegevens vastgelegd. Vaak geven ze hiermee ook een bepaalde voorkeur aan, die je als bedrijf goed kunt gebruiken om direct met hen in de toekomst te communiceren.”
Data opslaan
Volgens Van Stiphout stuitten we dagelijks op voorbeelden waaruit blijkt dat onze data door bedrijven wordt opgeslagen. “We kennen allemaal de irritatie van advertenties die ons wekenlang blijven achtervolgen als je een webshop hebt bezocht. Dat is typisch een voorbeeld van het vastleggen en gebruiken van het oriëntatiegedrag van de bezoeker. De informatie die hierbij nog mist is echter of jij dat paar schoenen of die vliegtickets ook daadwerkelijk gekocht hebt. Vaak blijf je nog heel lang advertenties zien voor een product dat niet (meer) relevant is voor jou. Hier wordt dus data ingezet, maar echt relevant en effectief gebeurt dat nog niet.”
Relevante interactie
Door de privacywetgeving en de bescherming van gebruikers zal deze specifieke vorm van data (“third party data) verzamelen ook minder relevant worden, stelt Van Stiphout. “Je ziet dat de bekende browsers de cookies al op slot zetten, waardoor bedrijven hun klanten minder makkelijk kunnen tracken, waardoor je minder vaak van dit soort advertenties ziet verschijnen. Dat betekent dat bedrijven meer moeten gaan inzetten op hun eigen data (“first-party data”). En dat is op zich een goede ontwikkeling. Als je van je klant toestemming hebt, weet hoe je klant zich gedraagt en wat je klant wil, kan je hier beter op inspelen en met hen een relevante interactie aangaan.”